Geen Kippensoeprit


Van Kevin L. moest ik dit verslag beginnen met vertellen dat alle oponthoud van de Kippensoeprit niet zijn schuld was, maar die van Paul van L. Bij deze dus. Kevin heeft na mijn stukje over de Vlist allerlei maatregelen genomen zodat we nooit meer op hem hoeven te wachten. Hij heeft zelfs spatborden gemonteerd.

Hoe dat met Kevin ook al weer zat, lees je hier:https://hdctheoldtimers.nl/waterballet-in-de-vlist/

Zweedse Kok

Nu het verslag van de Kippensoeprit. Die heet niet voor niks zo, de naam is zorgvuldig gekozen door onze Zweedse Chef Lars M. die er dit keer ook weer bij was. Ik kom er zo op terug.

Standaard bij de Sippekoeprit (aldus Lars) zijn er twee vragen: is iedereen op tijd? Vanwege de zomertijd natuurlijk (kom ik ook op terug). Vraag twee is: wat trek ik aan? ’s Morgens steenkoud, ’s middags keiwarm. Dus sta je eindeloos voor de spiegel te dralen en kies je toch maar voor die dikke warme jas waarin je eruitziet als het Michelin-mannetje.

Jef, Daan en Paul kwamen mij ophalen. Op tijd en veel te koud gekleed. Jef en Daan kregen koffie, Paul ging zijn benzinetank weer aan zijn motor schroeven. Die ging eraf vallen.

Paul monteert zijn bezinetank

Daarna gingen we starten. Dat wil zeggen, Paul, Jef en Daan startten hun motor. Ik ging vooral trappen. Heel lang, heel veel. Eindeloos….

Daarna startte Paul in één trap mijn Lib. Lekker! Even tanken met draaiende motor, dat starten is me toch een dingetje. Daarna zo snel mogelijk naar Delft ,naar het Hotel waar Nick woont.

Daar moest ik toch de motor weer uitzetten.

Grote opkomst, mannetje of 30, ook Lars kwam aankakken om te kijken hoe we met ‘zijn’ Kippensoeprit omgaan, als je dat niet goed doet, kan hij heel gemeen worden. Al met al bleef het heel gezellig. Maar ik zag wel op tegen het moment waarop we weg zouden gaan. Gelukkig was de leverancier van mijn elektronische ontsteking er ook. Om raad gevraagd. “Meteen kijken,” zei Simon S. die er niks van geloofde. Hup naar buiten. Simon trapt 3 keer, zet het contact aan en vrrrrrroemmmm! Dit wordt echt zo’n dag waarop iedereen jouw motor kan starten, behalve jijzelf.

Jonge stier

Nick zette een aangenaam tempo in en we reden richting het noorden (denk ik). We lagen lekker op schema en het leek een ontspannen rit te worden. Gebarentaal naast me. Paul is vroeger doventolk geweest en denkt daardoor dat iedereen hem wel begrijpt als hij een beetje zit te zwaaien. Geen idee. Maar op een gegeven moment begint zijn motor te bokken als een jonge stier en verdwijnt hij naar de kant van de weg.

De driekwartier die volgden waren voor een klein groepje heel erg interessant, maar voor de meesten erg saai. Gelukkig scheen de zon. Paul zijn koppelingskabel was losgeschoten en de losse onderdelen waren op een onbekende plek achtergebleven. Hoofdbrekens. Een paar meerijders (geen idee wie dat waren) bedankten The Oldtimers voor die paar interessante kilometers en gingen er gauw vandoor. Ik denk niet dat we die mannen ooit lid gaan maken. Ron V. had een waslijnklemmetje en Jeroen Timmert wist een Karwei op nog geen kilometer afstand. Handig zo’n klusser die elke bouwmarkt kent. Om een lang verhaal kort te maken: het lukte.

Daarna gingen we weer starten. Het werd na een keer of veertig trappen zwart voor mijn ogen. Toen ik weer bij kwam, liep mijn motor. Wie hem aan had gekregen weet ik niet. We konden verder. Naar Fort Drecht, dat volgens mij ergens bij Dordt zou moeten liggen, maar om onverklaarbare redenen bij Amsterdam is terechtgekomen. Fuck. Moet die motor weer uit.

In Fort Dordt zit een restaurant en daar gaf de club een rondje. Op de kaart GEEN Kippensoep. Ik dacht: “Ojee, nu gaat Lars door het lint.” Maar die ouwe Zweed wordt gelukkig ook wat rustiger. Hij nam genoegen met een pannenkoek nadat we hem plechtig beloofden dat de rit zijn naam zal blijven houden. Hoezeer het klimaat ook verandert, de eerste rit van het seizoen blijft de Kippensoeprit.

Speelgrot

Ik wil nog iets kwijt over Fort Drecht. Ze hebben daar een aparte ruimte die ‘De Speelgrot’ heet. Wij waren met 25 mannen, waarvan de meesten gekleed in leer. Meer zeg ik niet.

Daarna gingen we starten. Na dertig keer trappen kwam Simon. Die trapte drie keer en VRRRRROEMMMM. Ik krijg van hem een sportschool abonnement.

Henk B.??

Terug ging best goed. We draaiden de weg op en toen we een paar tegenliggers hadden, dacht ik: “Goh, die man lijkt best veel op Henk B.”

Paul zijn motor viel niet verder uit elkaar en we hoefden onderweg niet opnieuw te starten. In Gouda bij Paul nog even gestopt en aan mijn elektronische ontsteking geprutst. Gewoon de ouderwetsche vervroegingskabel weer wat ruimte gegeven en het geprobeerd. JA, IN EEN KEER STARTEN HÉ! Dat fucking auto-advance is dus gewoon gelul. Een KABELTJE moet je hebben! Gewoon aan dat HANDVAT DRAAIEN, net zoals ik al 30 jaar deed!

Enneh, het was dus Henk Boonstra die we tegen kwamen. Hij wilde aanhaken bij de tussenstop. Dit is wat hij zojuist appte:

“Shi@#%&#!!! Zomertijd.”

Het waslijntje van Ron en Paul