Kevin’s eerste solotrip episode III
Ik smeer 2 broodjes, 1 voor nu en 1 voor onderweg. Ik neem nog een flesje cola mee en ga op pad. De zon schijnt inmiddels en het asfalt wacht op me. Ik zet koers richting Bad munstereiffel, de wegen leiden me door mooie gebieden, haarspeldbochten en bossen. Op een berg kom ik een oud kerkje met kerkhof tegen en stop hier voor een peuk en geniet van het uitzicht, super!!!
Ik plof verder richting Euskirchen, stop hier voor de stad. Het is een oude stad die helemaal omringd is door een grote stadsmuur. Je mag dan ook niet met de motor of auto naar binnen. Ik parkeer de oude ploffert dus buiten het centrum en te voet verken ik dit middeleeuwse stadje. Prachtige bouwwerken en een riviertje wat door de stadskern kronkelt.
Ik doe hier nog een bakkie en loop weer terug naar de motor. Daar aangekomen staat een ouder stel de motor te bewonderen. Ik zeg netjes goedendag en we raken aan de praat. De man vooral, is zwaar geïnteresseerd in de machine en wil van alles weten. Hij denkt dat ik uit de USA ben komen rijden (staat op m’n kentekenplaat, dus zijn gedachtegang is logisch) ik moet op m’n lippen bijten om er niet een mooi verhaal van te maken in de trant van “de machine heb ik ge-orven van mijn opa en ik rij nu de route die hij hier reed in de oorlog”. Kan je niet maken Kef, denk ik bij mezelf en vertel gewoon het verhaal hoe het zit. De oudjes zijn des al niet te min onder de indruk dat ik met zo’n oude motor op pad ben. Ik haal de oude ploffert van het slot en trap haar aan. Ze wensen me “eines gutten fahrt” ik zeg “peace out niggaz”, nee hoor grapje, ik zei “tschuus” en ik ben weer op pad.
Via een andere route plof ik weer terug richting het Ahrtal. Ik plof langs de camping en bedenk me dat ik nog verder wil, ik heb de smaak te pakken vandaag, de zon schijnt en er zijn hier zat bergweggetjes die ik nog niet ken. Ik plof door het dorpje waar ik boodschappen doe en ga rechts een vallei in. Via de vallei, klim ik door kleine dorpjes omhoog richting een grote berg. Haardspeldbochten en jakkerend in z’n 1 klim ik verder. Ik zie op een gegeven moment dat de weg weer naar beneden buigt, maar zie in m’n ooghoek een onverhard pad verder de berg op. Ik stuur hierheen en na 2 minuten onverhard rijden sta ik echt boven op de berg. Wow!!! Wat een uitzicht.
Er zijn wat wandelaars die hier ook genieten van het uitzicht, maar op het moment dat ik ze begroet trekken ze de kuierlatten. Toch handig zo n vies vessie met de duivel achterop en je klauwen vol met tattoos, heb ik het hier lekker voor mezelf. Ik ga zitten op het bankje en tuur wat in de verte, m’n gedachten dwalen af naar mijn doel van deze trip in m’n eentje en merk dat het me goed doet en echt even tot mezelf kan komen.
Ik zit hier zo’n half uurtje en in de verte hoor ik wat geroffel. Er komen 2 motorrijders aan, die hebben het onverharde pad blijkbaar ook gezien. Ze stappen af en het blijkt een stelletje te zijn. Ergens in 60, hij rijdt een jaren 90 offroad bmw, zij een snelle rijstkoker. Ik schiet wat plaatjes van de motor en de achtergrond en hij vraagt mij of hij een foto van mij op de motor moet maken, nah.. je moet helemaal niks denk ik, maar lief dat je ‘t aanbiedt. Hij maakt een foto, ik bedank m vriendelijk, stap op m’n motor en gun ze hun moment alleen daar op die berg, mooi toch!!
Ik plof terug naar de camping om m’n rugzak op te halen om boodschappen te doen voor de avond. Eenmaal bij de supermarkt aangekomen, blijkt deze dicht te zijn. WTF!!! Het is woensdagmiddag rond 17:00 uur? Ik begrijp er niks van. Het bakkertje waar ik gisteren een broodje at is wel open en ik koop weer een broodje. Ik vraag aan de verkopende partij hoe dat zit met die supermarkt en zij vertelt mij dat 1 mei de dag van de arbeid is en dat er dan niet gewerkt wordt over het algemeen. Wat the fuck is er gebeurd met arbeit mach frei dan? denk bij mezelf. De tijden zijn verandert blijkbaar. Ik stop op de terugweg bij de benzinepomp en daar koop ik 2 voorgebakken schnitzels, stop ze in m’n rugzak en met de verbaasde blik van de pompbediende in m’n rug plof ik richting de camping.
De bar van de camping is gelukkig nog wel open en ik sla wat bier in voor de avond. Ik geniet van het avondzonnetje wat al bijna achter de berg verdwijnt. Ik sprokkel wat aanmaakhoutjes en prepareer m’n kampvuur. Ik bak de schnitzels en wat gesneden aardappels af in m’n pannetje op het gas en voorzie mezelf zo weer van een best maaltje.
Op het moment dat ik m’n vuur aan wil steken, komen er 2 mannen op m’n kamp afgelopen. Aardige gasten, interesse in de motor en mijn reis. Ze nodigen me uit om later op de avond bij hun te komen drinken. Ik hou het nog ff in het midden, moet zo de afwas doen, wil deze avond wel warm douchen, dus ik kijk wel ff wat ik doe. M’n vuur brandt goed en ik durf het wel ff alleen te laten, het is redelijk windstil, dus dat moet wel goed komen.
Onderweg naar het sanitair word ik in het Nederlands aangesproken door een Indische man van 82 (zo begreep ik later in dit avontuur van hem) ook hij nodigde me uit voor een biertje bij hem in z’n hut. Hij is hier 4 jaar geleden permanent komen wonen vanwege een Duitse vrouw en het feit dattie Nederland helemaal zat was. Ook dit heb ik in het midden gehouden en dacht ik zie wel hoe het loopt.
Maargoed…eerst de afwas doen en douchen. Daarna nog een blokkie hout op het vuur en een biertje erbij. Ik begin met het schrijven van m’n dagboek en wat ik allemaal heb meegemaakt vandaag. Ik schrijf en drink, gooi nog wat hout op het vuur en schrijf en drink, schrijf en drink. Ik zit hier goed, ook nu geen behoefte aan gezelschap. Ik kijk weer hoe het vuur langzaam dooft en kruip m’n tentje weer in. Mooie dag vandaag Kef, ben benieuwd naar morgen. Ik denk aan m’n meiduh, ergens mis ik ze wel om me heen, aan de andere kant weet ik dat als ik niet te gek doe op de motor, ik ze ook wel weer zie komende zondag. Met die gedachten val ik in slaap.
De volgende ochtend word ik wakker rond een uur of 9. Weer best geslapen en zin in een mooie rit. Ik zet een bakkie en wordt zo lekker wakker, kijkend over het water en de fluitende vogels op de achtergrond. Ik loop daarna naar de bar om te vragen of ik m’n android mag op laden. ” kein probleem ” is het respons maar ergens vanuit achter in de bar hoor ik: ” dach ut niet “!!! Daar zit een tengere man, met gezichtshaar ala mr. Miyagi van the karate kid, alleen dan minder grijs. Aan z’n pretoogjes te zien kan ik opmaken dat t hier om een grapje gaat. Is maar goed ook, ik ben een rustig persoon, maar ja, net wakker… je staat dan toch wat scherper. De man biedt me een bakkie aan en wil ff gewoon ouderwets Haags lullen met me. Kickuh ook, kannik wel een beetje, dus ik ga bij ‘m aan tafel zitten. Jacky is de naam en is hier 20 jaar geleden neergestreken. Is hoefsmid en kan hier meer verdienen dan in Nederland. Fair enough, ja toch!! We kletsen wat en gaan daarna uit elkaar, hij naar z’n werk en ik naar de andere kant van de vallei.
Wordt vervolgd